Selecteer de taal

Welkom bij To be defined

Welkom op mijn website To be defined, een website boordevol creativiteit. Je vindt hier talloze handleidingen in woord en beeld over diverse onderwerpen. Op deze pagina zie je slechts een selectie. Maak een keuze uit het menu links voor meer artikelen over je favoriete onderwerp.
Lont wolVilt maken doen we van gekaarde wol. Kaarden doe je met kaardplanken of een kaardmolen. Door het kaarden wordt het vuil uit de wol verwijderd en dikke klitten worden uit elkaar getrokken. Als wol goed gekaard is ontstaat er een gelijkmatig, luchtig vlies met waarvan de vezels grotendeels in 1 richting lopen. Je kunt ongewassen en ongeverfde wol gebruiken om vilt te maken, maar tegenwoordig is er ook wolvlies of lont verkrijgbaar dat al gewassen en in diverse mooie heldere kleuren geverfd is. Deze is ook al netjes gekaard en kan bijna direct gebruikt worden.



KaardplankenHoewel je dit lont of vlies beter nog wel even kunt kaarden vooral als dit wat geplet of in elkaar gedraaid is, kan het ook wel zonder. Je zult er dan wel voor moeten zorgen dat je zelf goed oplet of er niet veel dikkere stukken tussen zitten. Is dit wel het geval, pluk die dan zelf goed uit elkaar tot ze net zo luchtig zijn als de rest.


Gekaarde wolVoor een proeflapje leggen we diverse laagjes wol over elkaar heen. We doen dit in verschillende richtingen om het vilt zo sterk mogelijk te maken. Hoe dik je het moet maken is een kwestie van uitproberen en wat je ermee wilt doen. Zorg dat je minimaal 2 lagen wol op elkaar hebt, een in elke richting, anders is je lapje niet sterk genoeg.


Het hele patroon bedektGekaarde wol op patroonHier hebben we het vlies op een vorm gelegd. De vorm is ruime dan het formaat dat we uiteindelijk willen hebben, omdat tijdens het proces de vilt krimpt. Houd rekening met een krimp van 30% to 50%. Als de vorm helemaal bedekt is, halen we deze eronder uit en leggen we het vlies voorzichtig op het aanrecht. We moeten dit vlies nu gaan vilten, en dat kun je het beste op het aanrecht doen omdat het nogal een nat gedoe is.



SopjeWe maken een sopje waarmee we het hele vlies gaan nat maken. Het sopje maak je als volgt: Neem 2 liter handwarm water van zo’n 45 à 50 graden, we moeten er nog net met de handen in kunnen. Doe hier 2 eetlepels soda in om het water zacht te maken. De soda moet goed opgelost worden met een garde of een lepel. Als dit is gebeurd voeg je een flinke eetlepel zachte zeep uit een kuipje toe. Niet meer. Los de zeep ook goed op in het sopje. Houdt het sop warm op een theelichtje of een warmhoudplaatje.


Giet het sopje midden op het vliesNu gaan we het sopje van het middenuit op het vlies gieten.
Duw het vlies goed platDuw het vlies steeds goed plat, zonder te wrijven, en maak je handen steeds vochtig in het sop om te voorkomen dat de wol aan je handen blijft plakken.
Werk van binnen naar buitenHet enige dat we eigenlijk doen is de lucht uit het vlies duwen. Werk van binnen naar buiten.
Houd de randen rechtProbeer de randen mooi recht te houden.



Voorzichtig wrijvenAls het hele vlies plat en nat is gaan we voorzichtig met de platte vingers over het vlies wrijven, eerste heel zachtjes en later wat steviger. Dit heet vilten. Draai aan de zijkanten van het lapje met de hand naar binnen om te voorkomen dat het vlies steeds groter wordt en de zijkanten heel dun. Af en toe moet je de handen weer nat maken met sop. Met dit proces zorgen we ervoor dat de vezels goed aan elkaar hechten zodat we een mooi stevig vilt krijgen.


OmdraaienNa een tijdje is het al een echt vlies geworden en kun je het voorzichtig omdraaien. Herhaal de draaiende bewegingen aan de achterkant van het vlies. Als het lapje te nat is knijp het dan voorzichtig uit boven de gootsteen.


Trek voorzichtig aan de vezels om te voelen of deze goed gehecht zijnHoe lang je moet vilten is van veel dingen afhankelijk, onder andere de grootte en de dikte van het vlies. Reken voor een klein proeflapje in ieder geval een kwartier. Om te controleren of het vlies klaar is pak je een puntje midden van het vlies op en trek je er voorzichtig aan. Als je op die plek het hele vlies omhoog trekt en niet alleen een paar vezels is het vilten klaar. Je moet dit testje wel op een paar plekken en aan beide kanten uitproberen voor de zekerheid.


Vollen, kneden en knijpenVollen, duwen en trekkenNu het vilten klaar is gaan we vollen.Tijdens dit proces treedt de krimp op. Bij het vollen duw je het natte vlies in elkaar tegen de ribbels van een viltplank. Als je geen viltplank hebt kun je bijvoorbeeld een geribbelde deksel van een opbergbox gebruiken. Sommige aanrechtbladen hebben ook ribbels, dit kun je ook gebruiken. Het vilt gaat nu krimpen in de richting waarin je duwt. Je moet daarom steeds het lapje keren en een andere richting opduwen. Als je merkt dat het lapje niet meer krimpt en erg dik en sterk geworden is, is het vollen klaar. Het vollen duurt ongeveer twee keer zo lang als het vilten. Spoel het lapje tenslotte uit met lauw water en laat het drogen. Je vilten lapje is nu klaar om iets van te maken.


Orange viltGrijs viltMeerkleurig vilt
Je kunt eindeloos combineren met kleuren en vormen in vilt. Probeer ook eens wat gekleurde plukjes door elkaar, of probeer het vilt meteen al een vorm te geven.